Notitieboek van licht en lucht


'We kunnen niet genoeg naar de lucht kijken', schreef de 19e eeuwse Haagse School-schilder Jan Hendrik Weissenbruch. 'We moeten het van boven hebben. Licht en lucht, dat zijn de grote tovenaars.'

Iedere ochtend als ik de gordijnen opentrek van mijn appartement in de binnenstad van Groningen word ik begroet door een kersverse hemel. De kleur van de lucht, de vormen van de wolken, de matte ochtendschemering, het licht van de ondergaande zon: ze beïnvloeden de sfeer waarin mijn dag verloopt.

'Huis aan de hemel' is een literair notitieboek in de vorm van prozagedichten. Voor mijn observaties put ik soms uit eerdere ervaringen, maar altijd zijn die verwerkt rondom actuele impressies van licht en lucht. Lees mee en raak geïnspireerd om zelf je ogen wat vaker op het hemeldak te richten en te genieten van wat je daar ziet.

De titel van deze blog is ontleend aan een nummer van Cesaria Evora -'Tiempo y silencio'. Via deze links naar YouTube kan je een filmpje van het nummer bekijken en beluisteren. Casa en el cielo 1 of Casa en el cielo 2


donderdag 26 april 2012

Regennacht

Ragfijne lijntjes zoeken hun weg over het vensterglas. Een regennacht in Groningen. Je schudt de druppels van je jas en gooit je schoenen uit. Je paraplu blijft open in de haldeur staan. Ook je broek is nat. Zou overal regenen op de aarde, vraag ik als je me in je armen sluit. Ergens start een auto, twee bundels glijden langs het raam. Een brommer ronkt voorbij. Een hoge meisjeslach. Het is een regennacht in Groningen. De sfeer ademt melancholie. Dit is mijn leven. Ik zal me moeten schikken naar de regels van het spel. Ook na deze nacht. Een regennacht in Groningen.

Zeer vrij naar: Rainy night in Georgia - Ray Charles

zondag 22 april 2012

Zwaar gemoed

De wolken zijn van kwartsiet, zilver gezandstraald en gepoetst. Loodzwaar rusten ze op de schouders van torens, flats en huizen. Kozijnen en daklijsten steken er roomwit tegen af. Ver weg rommelt het dreigend. Eén enkele bliksemschicht, gevolgd door een klap. Even later trekt een fijne druppelnevel langs de ramen, die meteen in klaterregen overgaat. In een korte stilte breekt de hemel open: een geelgloed streelt vluchtig langs gevels en daken. Dan is het koudvuur alweer gedoofd. Het wolkendek trekt samen, vormt zich naar de staat van mijn gemoed, asgrauw, dofgesleten.

donderdag 19 april 2012

Complementair

De westenhemel lijkt gevuld met water waarin de wolken zich als inktvlekken verdunnen. Oostwaarts is de lucht strak korenblauw. De oranje verlichte Martinitoren contrasteert in buitenwereldse kleuren, als op een schilderij van Seurat of Gauguin.  In de raamlijsten verschijnen stillevens: een kamerpalm, de rug van een bank, de boekenkast, een glas wijn op een bijzettafeltje. Nergens de maan. Een ster trilt hoog boven de daken. 

donderdag 12 april 2012

Oostersluis

Wolken als paleizen schrijden voorbij. Het landschap tintelt in het onbevangen zonlicht. Forsythia bloeit bij elke boerderij. Uitdagend spreidt zij haar kleed tussen de naakte struiken. Op de aak die wordt geschud in de Oostersluis, houdt de schipper de wacht, handen in de zij, zijn ziel in zaligheid. Grijsaards met petten leunen aan de reling van de brug. Ze roken zelf gerolde sigaretten, mompelen voor zich uit. Het is hun tijd. 

maandag 9 april 2012

Boerakker voorbij

De dag verschraalt. In het povere licht schijnt elk object op zichzelf te staan. Ruige rode pollen, door de noordenwind geplet, vormen atollen in de vlakte. Berken knielen op de binnendijk neer. In de oude polders zoekt een carbon hemel zichzelf in rusteloze poelen. Ganzen en geiten vormen witte vlekken tegen de kweldergrond. Even dringt de avondzon door het wolkendak en steekt de levensvlam aan. Ik vang een glimp op in het raam van een huisje aan de dorpsrand. Dan ben ik Boerakker alweer voorbij.